De recente overstromingen in de Westhoek dwingen ons om de realiteit onder ogen te zien: West-Vlaanderen kampt met een aanzienlijk waterprobleem. De klimaatverandering manifesteert zich met twee uitersten van waterstress: langdurige droogtes nemen toe, maar tegelijkertijd worden we geconfronteerd met langere periodes van regen en periodieke, hevige regenbuien die leiden tot wateroverlast.
Dit plaatst waterbeleid prominent op de agenda, zowel op regionaal niveau in (West-)Vlaanderen als in de bredere Europese context. In West-Vlaanderen groeit de vraag naar water, zowel voor industriële processen als voor de intensieve landbouw. Tegelijkertijd is water van essentieel belang voor zowel de natuur als de mens. De West-Vlaamse watervoorraad, sterk afhankelijk van regenval, staat onder druk en dit maakt een doordacht waterbeleid hoognodig.
Slimme oplossingen voor wateroverlast?
De installatie van waterbassins of bufferbekkens wordt steeds vaker gezien als een strategische stap om voldoende waterzekerheid te waarborgen, vooral tijdens droogteperioden. Voor de waterafhankelijke intensieve landbouw bieden deze waterbassins een noodrantsoen voor de groei van de gewassen, wat een relatieve zekerheid van toelevering biedt aan de verwerkende industrie. Voor de provinciale waterbeheerder dienen de bassins om de kans op overstromingen te verminderen. Het bufferen van winters wateroverschot kan een oplossing bieden voor drogere zomers. Bovendien verstoort klimaatverandering onze watervraag en – aanbod. Deze waterbassins kunnen landbouwers ondersteunen in hun productie. Groenten en aardappelen leveren goed op in West-Vlaanderen, maar onder druk van de markt koppelt landbouw zich los van het landschap: intensivering van teelten op erosiegevoelige akkers, bodemzorg, suboptimale rotaties, ploegen (van vroegere weides), stijgende watervraag, verhoogd pesticidegebruik, landschapsdegradatie.
“Passen we door het voorzien van enorme waterspaarbekkens het landschap aan, aan de vraag naar aardappelen en industriegroenten? Of passen we onze teelten aan, aan ons landschap?” – Karl Vandenberghe |
In het stromend filmdebat “Waterbassins in de West-Vlaamse context” in ’t Perron in Ieper vat moderator Karl Vandenberghe het goed samen: “Passen we door het voorzien van enorme waterspaarbekkens het landschap aan, aan de vraag naar aardappelen en industriegroenten? Of passen we onze teelten aan, aan ons landschap?”
Deze vraag aan de experten toont aan dat er ook steeds meer kritiek komt op deze op het eerste zicht slimme oplossing voor wateroverlast en droogte. De milieu- en natuursector, maar ook sommige landbouwers stellen zich vragen: het opvangen van regenwater in een groot reservoir kan zorgen voor een uitdroging van de natuur, wanneer het aanvullen ervan zorgt voor een te lage waterstand in de toevoerende waterloop. Bovendien worden sommige waterbassins aangevuld met grondwater of liggen ze op het diepste punt in contact met de grondwatertafel, wat het grondwaterpeil verder doet dalen. Dit kan voor de landbouwers zonder bufferbekkens nog zwaardere problemen betekenen. De natuur droogt nu al uit, de bekkens kunnen daarop een versterkend effect hebben. Het is dus rekenen op een natte winter. Bovendien veroorzaken deze waterintensieve teelten ook vaak nitraatuitspoeling en erosie.
Waterbassin van 1,5 miljard liter
De voor- en nadelen van waterbassins werden grondig besproken op het stromend filmdebat: Waterbassins in de West-Vlaamse context op 11 juni. Vier experten gingen in debat en moderator Karl Vandenberghe zorgde voor een geanimeerd gesprek. Lieven Louwagie, medewerker van het kabinet van gedeputeerde Bart Naeyaert, onthulde vanaf de start van het debat dat de provincie West-Vlaanderen plannen maakt om een waterbassin van 1,5 miljard liter water aan te leggen in de Westhoek (tussen Ieper, Poperinge en Heuvelland). Hier kwam onmiddellijk reactie op door de andere experten en het publiek.
Robin Verachtert (Natuurpunt) wijst op het reservoir-effect: “Bassins geven een overbrugging van de piekvraag, maar geen structurele oplossing. Kijk naar Australië, Spanje, Chili … Het reservoir-effect zorgt zelfs voor het aanzwengelen van de watervraag, (‘er is toch toch water’) met een verminderde aandacht voor bodem, landschap, sparende technieken, rotaties, aangepaste gewassen, spaarzaam watergebruik tot gevolg.” Hij pleit voor een ‘strategisch plan zoet water’ om dit waterverdeelvraagstuk op te lossen. Uit dit plan moet blijken of waterbassins de beste oplossing zijn.
Als spaarbekken voor de landbouw zijn ze te beperkt, want in droge periodes vallen ze meestal droog, waardoor er een rush komt naar water uit kleine beken of grondwater. Ineke Maes, Landbouwexpert bij Bond Beter Leefmilieu stelt: “We moeten ons dus afvragen of deze bekkens geen symptoomoplossing zijn voor een dieperliggend probleem: de druk van de intensieve teelten. Zouden we niet beter nadenken over duurzame teeltrotaties in plaats van sterk in te zetten op waterintensieve teelten in een waterarme regio?”
Bernard Haspeslagh, Manufacturing Director en bestuurder bij Ardo, die al 43 seizoenen meedraait in de diepvriesgroente-industrie, merkt de gevolgen van de klimaatverandering. Er is minder water beschikbaar, zowel door klimaatopwarming als door beschermende maatregelen van de overheid, hierdoor daalden de oogsten de laatste 8 jaren telkens met 2%. Ardo recupereert zijn gezuiverd afvalwater in een ‘klein’ waterbassin van 150 miljoen liter water waartoe lokale landbouwers toegang tot hebben om hun velden te irrigeren.
Brongerichte, integrale aanpak
Wat als ook de bekkens niet meer gevuld raken, zijn we dan klaar voor de droogte? Wat zijn de effecten van het vastankeren van deze teelten op drinkwater en natuur? Welke ongelijkheid ontstaat er in toegang tot water? Door te focussen op bufferbekkens ontbreekt veelal de aandacht voor een brongerichte en integrale aanpak, waarbij er over sectoren heen wordt gekeken.
Tegen waterspaarbekkens dan? Neen. Deze moeten passen in een gebiedsgerichte zoetwaterstrategie die alle vragers en aanbieders meeneemt. Vanuit een evaluatie van het aangepaste landschap. Enkel zo is onze belangrijke industrie/landbouw houdbaar.
Deze bedenkingen onthullen de noodzaak om water niet slechts op individueel niveau te benaderen, maar eerder vanuit een systemisch perspectief. Bovendien wordt de enorme impact op het ruimere ecosysteem vaak over het hoofd gezien. We roepen Provincie West-Vlaanderen op om het megabassin in de Westhoek van 1,5 miljard liter in een kwetsbaar landschap dus niet zomaar te installeren. We pleiten voor een voorafgaand breed debat, Vlaams flankerend beleid en strategie voor de regio waarin alle betrokkenen een stem krijgen en er systemisch gekeken wordt naar waterzekerheid voor onze en toekomstige generaties.
‘Cocreatie is het sleutelwoord: want het landschap, dat zijn wij. We moeten het samen doen: de boer, de natuur, de industrie, de bewoner.’ – Toon Malevé
|
Reflectie op het stromend filmdebat.
Auteur: Toon Malevé, beleidsmedewerker Join For Water
Een organisatie van Join For Water in samenwerking met de West-Vlaamse Milieufederatie en de Milieuraad Ieper.